Nightbiken, mountainbiken in het donker. Een nieuw fenomeen dat ook in Twente voet aan de grond krijgt.- Drie leden van de Enschedese wielervereniging DWV Klein Verzet trokken er vorige week voor het eerst op uit in een modderig, winderig en donker bos.
ENSCHEDE - ‘Jee, je lijkt net een UFO!’, lacht Lars Jonkman (26), als hij de zelf gefabriceerde verlichting op de fiets van zijn collega Joost te Braake ziet. De 19-jarige mountainbiker heeft uit kostenbesparing drie oude zaklampen, één rechts, één links en één in het midden, aan zijn stuur vastgeplakt. Lars heeft van de gelegenheid gebruik gemaakt om gelijk een mooie lichtset van Sigma te kopen en ook de derde fietser Jeroen Rozenberg (27) is goed voorzien. Want zonder een goed licht op je fiets overleef je nightbiken mogelijk niet: elke makkelijke route overdag, wordt ‘s nachts een gevaarlijke uitdaging. Door de donkere gaten, onverwachte bochten en laaghangende takken lijkt het net alsof je over onbekend en vooral moeilijker terrein fietst.
Niet gek dus dat de tocht zwijgzaam verloopt. De getrainde fietsers Jeroen en Joost gaan zo hard als mogelijk is zonder brokken te maken, dus opperste concentratie is noodzakelijk. Het donker heeft één groot voordeel: doordat je niet ziet wat je te wachten staat, kun je er ook niet bang voor worden. Je moet de veelvuldige modderregens en zwieptakken gewoon ondergaan. En de snelheid zorgt er weer voor dat omvallen in één van de vele modderpoelen niet snel gebeurt. Toch staren we allevier naar het razendsnel verschuivende stukje zichtbare grond in onze lichtbundels, om obstakels op tijd te ontdekken.
‘Hier moet ergens een kuil zijn’, roept voorganger Jeroen, die gisteravond nog de route heeft doorgenomen met fietsmaatje Joost. Het bos in de buurt van Enschede is praktisch niet meer herkenbaar voor het duo. ‘Daar is ‘ie! Pas op!’ En nog geen seconde later stuiteren onze wielen één voor één in het donkere gat vol met modder en water. ‘Sorry, het is moeilijk inschatten waar die kuilen nou precíes zitten’, aldus Jeroen tegen zijn achterban. Ook bij het zoeken naar zijpaadjes is de maanloze, bewolkte hemel niet erg behulpzaam. Gelukkig kennen de fietsfanaten vrij goed in de omgeving rondom Enschede. De verslaggever kan alleen maar blind vertrouwen op het richtingsgevoel van de drie ik weet niet meer waar ik uithang.
Dat de drie fietsrotten de nacht spannend vinden wordt af en toe duidelijk als iemand een kreet slaakt. ‘Dit is echt kicken man’, vind Lars Jonkman als we over een smal bruggetje balanceren. De donkerblauwe lucht wordt in het water onder de brug weerkaatst, en zo valt nog extra op hoe zwart de bomen zijn. Ook de andere twee zijn te spreken over hun eerste nachtelijke mountainbiketocht. ‘Dit moeten we echt vaker doen’, staat Jeroen uit te hijgen op het vaste ‘chillplekje’ van de fietsers. ‘We hadden al veel verhalen gehoord van andere Klein Verzet-leden die het individueel eens gedaan hadden, dat ze het zo cool vonden. Het donker geeft inderdaad een extra dimensie aan het biken. Alleen nog even uitzoeken waar we ‘s nachts allemaal het bos in mogen.’
Twee uur en pakweg veertig kilometer later rijden we terug naar het startpunt bij het sportcentrum van de Universiteit Twente. Het laatste stuk is bekend op de heenweg reden we ook al over dit modderige zandpad dwars over een winderige akker. Het gaat al beter, we stuiteren minder vaak in de diepe modderkuilen en het lijkt wel alsof de hemel later op de avond iets lichter is geworden. Alles went blijkbaar. Opgelucht zien we de bewoonde wereld weer: de honderden lichtjes van het herkenbare Enschede. Jeroen en Joost, die de route hebben uitgezet, zijn de enigen die écht weten waar we zijn geweest. ‘Ergens in de richting van Haaksbergen’, spreekt Lars Jonkman zijn gevoel uit. Tja, in het donker is alles anders.