Twents MTB-team moet scoren in Oldenzaal. Adel verplicht

Op de golven van succes valt het werken niet zwaar. Roelof Rispens realiseerde zich dat deze week maar al te goed. ‘Stel dat het in Norg niet zo goed was gegaan met onze ploeg. Kun je het dan allemaal net zo makkelijk volhouden?’ Met die ploeg duidt Rispens op de MTB-ploeg Heijdens-Ten Tusscher. Het Twentse mountainbiketeam hield in het noorden van Drenthe behoorlijk huis, de concurrenten werden er haast aan gort gereden. Bij de vrouwen won Daphny van den Brand drie etappes en ze werd tweede in de proloog. Het logische gevolg was haar eindoverwinning van de meerdaagse koers. Bij de mannen was het niet de Deense Heidens-Ten Tusscher-topper Christian Poulsen, maar zijn teamgenoot Maarten Tjallingii die de eerste plaats opeiste. Poulsen werd derde, terwijl Maarten Nijland (Rossum) het succes van het Twentse team completeerde met zijn zesde plaats in het eindklassement. Met een meer dan tevreden gevoel kijkt de ploegleider terug op de prestaties van zijn coureurs, maar een zucht van vermoeidheid ontsnapt uit zijn mond. ‘Ik was totaal afgepeigerd’, aldus de 35-jarige oud-mecanicien van onder meer de voormalige profwielerploeg Panasonic. Morgen zal het hem minder
inspanning kosten, weet de inwoner van Warnsveld, in het dagelijks leven werkzaam in de Enschedese fietsenzaak van de teamsponsor. ‘In zo’n meerdaagse etappekoers moet je als ploegleider van alles regelen: het hotel, de transfers, het materiaal en natuurlijk de tactiek tijdens de wedstrijd’, legt Rispens uit. Wat dat laatste betreft had de ploegleider in Enschede back-up, waar Jan ten Tusscher om het half uur aan de telefoon hing voor de laatste ontwikkelingen in de koers. ‘Die ruggespraak met Jan is prettig, maar ik overleg zelf ook veel met de renners. Wat is hun visie, hoe voelen de benen, wat kunnen we als ploeg doen?’ Uiteindelijk is het wel Rispens die het eindoordeel geeft. In Norg pakte dat goed uit. Morgen in Oldenzaal wordt min of meer hetzelfde verwacht van hem en zijn renners. ‘We zijn het aan onze stand verplicht een goede prestatie neer te zetten. De race in Oldenzaal is de enige wedstrijd in de eigen regio. Dus moeten we aan onze sponsoren, de businessclub achter het team én de mensen laten zien wat we kunnen.’
En wat de toeschouwers van de mountainbikewedstrijd rondom de recreatieplassen van Het Hulsbeek te zien krijgen, dat is niet mis. Het Twentse MTB-team behoort tot de top van Nederland. Routinier en oud-gediende Bart Brentjens, die zijn carrière begon samen met Jan ten Tusscher, steekt nog steeds met kop en schouders boven de vaderlandse MTB’ers uit. Houdt de voormalig olympisch kampioen het - naar verwachting - na Athene voor gezien, vier jonge enthousiaste renners staan klaar om zijn plek in te nemen. Twee daarvan (Maarten Tjallingii en Europa-Cuphouder en winnaar in Oldenzaal van vorig jaar Erwin Bakker) rijden voor de Twentse formatie. Samen met Deen Poulsen zou het podium in Oldenzaal dus een Heijdens-Ten Tusscher-aangelegenheid kunnen worden. ‘Ha, dat zou mooi zijn’, lacht de ploegleider, ‘maar zo makkelijk gaat dat natuurlijk niet.’ Het zou ook niet echt goed zijn voor de mountainbikesport in Nederland, geeft Rispens toe. De professionele aanpak van het team blijkt niet alleen uit de tot nu toe behaalde resultaten, maar ook uit onder meer de voorbereiding op het MTB-seizoen. De ploeg reisde daarvoor af naar Cyprus, waar het een trainingskamp combineerde met een meerdaagse koers. Kosten: dik 20.000 euro. ‘Het maximale budget waarmee de meeste ploegen het een heel jaar moeten doen’, zegt Rispens. De financiële ondersteuning is echter geen garantie voor succes. Daarom ook zal Rispens morgen enigszins gespannen de race in Oldenzaal volgen. ‘Gezonde wedstrijdspanning, laten we het daar maar op houden.’
2e OWC MTB-Cup, zondag 25 april. Oldenzaal, Start en finish bij Het Hulsbeek. Vanaf 9.15 uur. Start elite 15.15 uur.