Halverwege het afgelopen wielerjaar stapte Steven Peters over van de Trade Team 3-formatie Löwik/Tegeltoko naar het kleinere OWC. Bij de Oldenzaalse Wieler Club hoopte hij het plezier in het fietsen terug te vinden. Een gevoel dat Peters kwijt was. ‘Bij Löwik/Tegeltoko, maar ook daarvoor bij Bert Story Piels en Rabobank (juniorenploeg, red.), ging het alleen maar om presteren. Trainen, trainen, heel veel trainen. En in de wedstrijden was er altijd de druk om goede resultaten te behalen.’ Peters, begonnen aan de studie fysiotherapie, kon het vele trainen niet meer combineren met zijn studie. ‘Voelde me er ook niet goed bij. Kon ik een keer niet trainen, kreeg ik schuldgevoelens.’ En vice versa: trainingsarbeid op de fiets ging ten koste van studietijd achter de boeken. Het vertrek bij Löwik/Tegeltoko bevrijdde Peters ‘van die druk’. In plaats van iedere dag op het zadel, goed voor wekelijks zeker twintig uren, traint hij nu zo’n twaalf uur per week. ‘Twee dagen niet. En als ik eens niet kan, dan train ik niet, geen probleem. Vroeger was dat onmogelijk, ik moest en zou op die fiets zitten.’
Supervroeg in het seizoen blijkt de aanpak van Peters vruchten af te werpen. Zo draaide hij in de openingswedstrijd van het wegseizoen (afgelopen zaterdag de Ster van Zwolle) kiplekker de pedalen in het rond en eindigde de Lossernaar zelfs op een verdienstelijke negende plek, achter clubgenoot Bastiaan Krol die vierde werd. ‘Een heel verschil met vorig jaar. Toen ging ik in mijn eerste koers onderuit. Op deze manier het seizoen beginnen is natuurlijk hartstikke mooi.’
Zijn plezier in het fietsen is van een dermate hoog gehalte dat Peters ook mee gaat doen aan mountainbikewedstrijden. Jan ten Tusscher, OWC-sponsor, polste hem voor een plaats in het nieuwe mountainbiketeam, vernoemd naar de gelijknamige wielerzaak in Enschede. Peters: Niet de officiële mountainbikeploeg, maar een soort van amateurtak. Samen met Axel Bult (Lonneker) en Brian te Velthuis (Diepenheim) vorm ik het Ten Tusscher-team.’ Beginneling of niet, in Berlicum treft hij tegenstanders als voormalig olympisch kampioen Bart Brentjens en Thijs Al aan. Maar ook ATB’ers als Erwin Bakker en Maarten Tjallingii van het - grote - Heijdens-Ten Tusscher. Laatstgenoemde won afgelopen weekeinde in Cyprus het eindklassement van de Afxentia Stage Race, een meerdaagse wedstrijd. ‘Of ik ga voor een plaats in dat team? Ik zie het wel. Het zou wel mooi zijn wanneer in die ploeg meer Tukkers komen, dat is ook goed voor de mountainbikesport hier in de regio. Maar ik heb geen flauw idee hoe het me op de mountainbike zal vergaan, ik vind het in ieder geval geweldig om te doen. Ooit heb ik aan vier wedstrijden meegedaan, waarvan ik er twee won. Dat vind ik nu niet zo belangrijk. Het gaat mij om het plezier. Het wielerwereldje, en dan met name in de top, spreekt mij niet aan. Dat is gewoon keihard en asociaal. Bij het mountainbiken heerst een ander sfeertje.’
Ging in zijn vorige wielerploeg het fietsen niet samen met het studeren, Peters verwacht niet dat de combinatie studie, OWC én mountainbiken een onmogelijke wordt. ‘Mijn studie heeft voorrang. Daarna komt het wegfietsen. En heb ik op zaterdag een wedstrijd op de weg, dan kan ik de dag erna best wel meedoen aan een mountainbikerace. Maar ik ben nu aan het vooruitkijken en dat wil ik niet meer doen. Ik leef niet meer van koers tot koers.’
Door Ralph Blijlevens - Hij gold ooit als een wielertalent. Diverse ploegen wilden Steven Peters hebben, maar de twintigjarige Lossernaar rijdt inmiddels ‘gewoon’ in het clubtenue van de Oldenzaalse Wieler Club (OWC). Zondag wacht hem in Berlicum een nieuwe uitdaging: de start van de mountainbikecompetitie. ‘Eens kijken hoe dat gaat.’