VELUWE - Mountainbikers en veldrijders brengen niet meer schade en overlast toe in het bos dan wandelaars. Tot die conclusie komt Stichting Probos, die de invloed van terreinfietsers op vegetatie, dieren en vogels onderzocht.
Veel bos- en natuurbeheerders worstelen met de vraag of ze hun terreinen moeten afsluiten voor mountainbikers en veldrijders. Volgens de Wageningse onderzoeksstichting Probos, voorheen stichting Bos en Hout, klopt het negatieve beeld dat veel mensen van terreinfietsers hebben niet met de werkelijkheid. Probos constateert dat de sociale conflicten tussen fietsers en wandelaars met natuurbeheerders voor de negatieve beeldvorming zorgen.
Dieren en vogels worden volgens Probos niet gestoord door fietsers, zolang ze maar op de paden blijven. De veronderstelling dat ze afgeschrikt worden door felgekleurde kleding is een fabeltje. Dieren reageren op geluid en beweging; veel dieren zien helemaal geen kleuren. Reeën vluchten bijvoorbeeld niet voor een fietser, tenzij die afstapt en dichtbij komt. Dieren en vogels zijn volgens Probos gewend aan de aanwezigheid van mensen. Daarom is het volgens Probos zo belangrijk niet op wildwissels en dunningspaden te komen.
SCHADE AAN PADEN
Mountainbikers brengen geen grotere schade aan paden toe dan wandelaars, in tegenstelling tot paarden en bosvoertuigen, stelt Probos. Alleen als paden zeer modderig zijn en fietsers om de plassen heen een stukje bos meepakken kan schade ontstaan. De werkelijke problemen liggen op het sociale vlak. Wandelaars schrikken van aanstormende fietsers. Een grote groep vindt simpelweg dat terreinfietsers niet thuis horen in de natuur en ‘het ongerepte natuurgevoel verpesten‘.
MOUNTAINBIKERS
Volgens schattingen zijn er in Nederland tussen de 60.000 en 180.000 mountainbikers. Om sociale conflicten te voorkomen is het volgens Probos vooral van belang dat fietsers zich ‘natuurvriendelijk en sociaal verantwoordelijk‘ gedragen. Toegang tot het bos is geen recht, maar ‘een privilege verleend door de beheerder‘. Voor verenigingen ligt er een taak om vrijwilligerswerk te doen. Het aanleggen van gepijlde aantrekkelijke mountainbikeroutes heeft volgens Probos als voordeel dat terreinfietsers geconcentreerd worden op een aantal routes. Afsluiting van gebieden is volgens Probos geen optie. ‘De meeste mountainbikers zien dit als onrechtvaardig en zullen gefrustreerd illegaal gaan fietsen.‘
Het rapport is te vinden op www.probos.net
