Hij wil aan het einde van het ATB-seizoen nog één keer vlammen. Op zaterdag 12 januari in de laatste wedstrijd die op de Zeeuwse ATB-kalender staat. Een strijd die plaatsvindt in Hulst, de woonplaats van Eric Vereecken. Deze wedstrijd vormt niet alleen de afsluiting van het ATB-seizoen, maar is tevens de wedstrijd om het Benelux-kampioenschap.
Vereecken, die de laatste drie edities op zijn naam schreef, weet dat hij dé te kloppen man is. "Alle ogen zijn op mij gericht en ik hoop dat het me lukt om de favorietenrol waar te maken. Aan de motivatie zal het niet liggen. Ik ken het parcours als geen ander, het ligt bijna in mijn achtertuin, ik rijd voor eigen publiek en er staat een Beneluxtitel op het spel. ``
Op indrukwekkende wijze boekte Vereecken zes overwinningen. Voor het publiek ogenschijnlijk met speels gemak, maar aan zijn prestaties ligt een ijzeren discipline en veel trainingsarbeid ten grondslag.
Passie
Minimaal twintig uur per week is hij in de weer met zijn grote passie. De Hulstenaar fietst vier keer in de week naar zijn werk in Terneuzen en plakt daar op de terugreis vaak nog een pittige training aan vast. Even heen en weer naar de Franse grens of een intervaltraining op heuvelachtig terrein. Vereecken draait er zijn hand niet voor om. "De meeste sporters moeten gestimuleerd worden om te trainen, maar ik moet juist worden afgeremd. Dat fanatisme heb ik al vanaf mijn jeugd. ``
De grote trainingsarbeid resulteerde in diverse successen. Zo won hij in 1988 in Florida de openingswedstrijd van het Amerikaanse wielerseizoen door de Olympisch kampioen Alexi Grewal in de spurt te kloppen en eindigde hij vijf jaar later tussen renners als Servaas Knaven en Michael Boogerd op de vierde plaats bij het Nederlands kampioenschap voor amateurs.
Maar zijn gedrevenheid om veel te trainen had een keerzijde. Hij vond geen balans in zijn trainingsopbouw en gunde zijn lichaam te weinig rust, waardoor hij in grote wedstrijden vaak net iets tekort kwam.
Harder trainen
"Achteraf gezien had ik met een betere medische begeleiding meer uit mijn carrière kunnen halen. Ik leefde in de veronderstelling dat veel trainen geen kwaad kon. Als ik een mindere wedstrijd had gereden, ging ik de dagen erna nog harder trainen. Ik onderschatte toen het belang van juiste voeding en de risico`s die je loopt als je na een blessure te snel wilt terugkomen. Daarvoor heb ik wel de nodige tol betaald. In 1988 kreeg ik door een vitaminetekort problemen met mijn rode bloedcellen, waardoor een virus vrij spel kreeg. Ik zat als een slappe vaatdoek op de fiets en kon nog geen trimmer bijhouden``, vertelt Vereecken
Vier jaar later ging het weer mis. Uitgerekend in het jaar waarin Vereecken probeerde als beroepsrenner door te breken, hield een slepende knieblessure en een breuk in zijn voet hem maandenlang van de fiets. In zijn poging de trainingsachterstand in te halen, voerde hij zijn trainingstempo op, maar dat werd hem bijna fataal. Vereecken kreeg hartproblemen en moest het noodgedwongen weer rustiger aan doen.
Bezinning
"Dat was een moment van bezinning. Ik realiseerde me dat ik goed was weggekomen. Ik heb me vanaf dat moment verdiept in situaties, waarbij sporters op jonge leeftijd waren overleden. Ik constateerde dat het te snel willen terugkomen na een blessure een belangrijke rol speelde in die situaties. Je begrijpt zeker wel dat er toen een lampje bij me ging branden.`` Vanaf dat moment leerde Vereecken te relativeren. "Ik beleef het wielrennen nu meer als een hobby. Uiteraard wil ik dolgraag winnen en zal ik niet zomaar opgeven, maar plezier hebben in het wielrennen vind ik net zo belangrijk. De wereld vergaat niet als je tweede wordt. Na twintig jaar wielrennen heb ik geleerd, dat je ook van het leven moet genieten. Mijn Poolse vrouw en ik gaan nu vier keer per jaar op vakantie en bezoeken daarbij regelmatig haar geboorteland. Als zaterdag die wedstrijd voorbij is, berg ik mijn fiets op en vertrekken we weer naar het buitenland. Hopelijk met een Beneluxtitel op zak, maar mocht dit niet het geval zijn dan geniet ik evengoed van mijn vakantie``, aldus Vereecken.