Van Houts maakt deel uit van een in totaal twaalfkoppige selectie. Bij de elite zijn Bart Brentjens, Bas van Dooren, Bas Peters en Corine Dorland geselecteerd. Erwin Bakker uit Liessel, Thijs Al en Rob Reuvers vormen de vertegenwoordiging bij de espoirs. In de discipline downhill bestaat de Nederlandse afvaardiging uit vier personen; Bas de Bever, Wilfred van den Haterd en Gertje Tholen bij de mannen, Anneke van Beerten bij de vrouwen.
Rudi van Houts (17) is een van de grootste Nederlandse mountainbike-talenten. Hij reisde dinsdag af naar Colorado, ruimschoots voor de start van het WK op 12 september derhalve. 'De eerste week hebben we nodig om te wennen aan de ijle lucht', vertelde hij kort voor zijn vertrek. 'Vail ligt in de Rocky Mountains, op 2400 meter, dus dat vergt nog wel wat aanpassing. Vervolgens hebben we nog een week om goed te trainen en ons voor te bereiden op de wedstrijd.'
Op 12 september rijdt Van Houts een landenwedstrijd, waarbij één renner uit elke categorie wordt ingeschreven. De juniorenwedstrijd staat gepland voor 14 september. Van Houts steekt in een goede vorm, zegt-ie. 'Die is goed, daar heb ik wel vertrouwen in. Ik ben over dit seizoen, mijn eerste 'licentiejaar', tot nu toe heel tevreden.'
Van Houts werd dit jaar bijvoorbeeld tweede op het Nederlands kampioenschap, achter Roy van Heeswijk uit Sint-Oedenrode. In het buitenland, als er vaak serieus geklommen moet worden, steekt de Luijksgestelnaar met kop en schouders boven de andere Nederlandse junioren uit. 'In de buitenlandse wedstrijden ben ik inderdaad de beste Nederlander. En daar is het toch te doen. In de bergen ben ik beter dan de rest. Hoe dat komt? Een kwestie van talent, denk ik. En mijn gewicht en lengte zijn een voordeel. Ik ben licht en niet zo groot.'
Op het Europees kampioenschap in St. Wendel, twee weken geleden, werd Van Houts 31e bij de junioren. De prognoses voor het komende WK wijken niet veel af van dat resultaat.'Het verschil tussen EK en WK is niet zo groot als je wellicht mocht denken, althans niet bij de junioren. Op de eerste plaats ligt het niveau in Europa heel hoog. Daarnaast blijven veel goede Europese renners thuis, vanwege de kosten en de tijd die ze ermee kwijt zijn. Alleen de beste renners van een land zijn er. Maar goed, op het WK blijft de concurrentie natuurlijk immens. Op voorhand hoop ik op een plaatsje bij de top-dertig.'