Maarten Jansen vertrok dinsdagmorgen omstreeks negen uur vanuit zijn ouderlijke woning in Voorst voor een tocht per mountainbike naar de Noordkaap. Twee uur later zagen zijn ouders dat zijn paspoort nog op tafel lag. Het was natuurlijk zaak Maarten snel te bereiken, want de kans was groot dat hij bij het passeren van de open grenzen met Duitsland en Denemarken het paspoort nog niet zou missen. Maar hoe moest er contact worden opgenomen?
MOBIELTJE
Vader Jansen: "Maarten heeft wel een mobieltje bij zich, maar dat had hij natuurlijk niet aanstaan. We hebben toen maar de politie om hulp gevraagd." Die toonde zich behulpzaam en reageerde snel. Omdat mocht worden aangenomen dat Maarten inmiddels Lochem en daarmee de grens van het politiedistrict IJsselstreek al achter zich had gelaten, werd de meldkamer van de politie Twente op de hoogte gebracht. Die verzocht per mobilofoon alle surveillancewagens uit te kijken naar een mountainbiker die bepakt en bezakt richting Duitse grens reed. Twintig minuten later al konden agenten de jongen bij Delden staande houden en weer een uurtje later arriveerden zijn ouders per auto. Maarten kon, nu gewapend met de juiste reispapieren, zijn tocht voortzetten.
BAAN OPGEZEGD
Maarten Jansen heeft al enkele grote reizen gemaakt. Vorig jaar nog reed hij op een ligfiets naar Bordeaux. Om de reis naar de Noordkaap te kunnen maken heeft hij zijn baan als hoofdmonteur bij Volker Stevin in Deventer opgezegd. Hij denkt namelijk maar liefst vier maanden onderweg te zijn. Eerst via Zweden naar de Noordkaap, dan terug langs de Noorse kust naar Bergen, waar hij de boot naar IJsland neemt. Na dit eiland te hebben rondgefietst stapt hij weer op de boot om Schotland en Engeland van noord naar zuid te doorkruisen. Dan heeft hij er een dikke tienduizend kilometer opzitten.
